H.S.V. De Kampioen
Uitslag

Van Deventer cyclescafe competitie
Van Deventer cyclescafe competitie

Weinig zin heb ik vandaag. Vraag me niet waarom, maar ik heb gewoon geen zin in de koers. Geen zin in dat langzame, pijnlijke sterven in de maalstroom van een wielerpeloton. 

Maar ja. Zoals wijlen mijn moeder altijd sprak: “Dan maak je maar zin!” 

De enige goede reden die ik heb om toch naar Wheelerplanet te komen is een doosje met daarin twaalf blikjes witbier dat ik afgelopen zondag niet mee kon nemen na de koers. Het staat op me te wachten achter de bar bij Sonja. Om nu alleen voor bier vijftig kilometer heen en weer te rijden met de auto vind ik overdreven, dus heb ik de fiets toch maar achter in de auto gelegd.                                                                                                                                                                         Om mezelf te motiveren heb ik besloten de biertjes als een premie te zien na de koers. Alleen als ik vandaag verdienstelijk rijd mag ik na afloop één van de blikjes openen om me te laven aan dat kostelijke gerstenat. Ik vergeet alleen te definiëren wat ik vandaag als ‘verdienstelijk rijden’ mag uitleggen. Een beginnersfout zoals ik er vandaag wel meer zal maken…

Veertig renners staan er aan het vertrek. Veertig! Op een dinsdag! In mijn hoofd jubelt het: “Eindelijk kan ik me weer eens verschuilen tussen de wielen” Hoe groter het peloton, hoe makkelijker de koers is. Verdienstelijk rijden zal vandaag eenvoudig zijn. Denk ik voor de start…. beginnersfout twee…

Al meteen in de tweede ronde breekt de pleuris uit. Elmer Lise, Paul den Edel en Merih Hailemariam, het zijn vaak dezelfde slagers die de rest van het peloton op de slachtbank wensen te leggen. De snelheid komt ronden lang niet onder de vijfenveertig kilometer per uur.

Dit is geen peloton, dit is een sterfhuis! Een hospice vol fietsende idioten! Ik beloofde vorig jaar aan mezelf dat ik niet meer koste wat kost bij het wiel voor me zou willen blijven. Neen, nam ik mezelf voor, als ik alleen met de uiterste inspanning bij het wiel voor me kan blijven, laat ik gewoon lopen.

De koers vernauwt zich tot de achterband van Kaj Vitalis. Dit is dát moment. Dat moment van de uiterste inspanning. Dit is het moment om te laten lopen. Maar ja, om die beslissing te kunnen nemen zou ik nu na moeten denken. En denken is wel het laatste dat ik nu kan doen. Het enige wat ik kan is dat wiel volgen. Er is geen verleden, er is geen toekomst. Al zou op dit moment de planeet vergaan of de wereldvrede worden uitgeroepen, ik zou het niet merken. Futiliteiten die er niet toe doen, nu. Er is alleen dat wiel. Die achterband mag niet verder dan twintig centimeter bij me vandaag raken. 

Pas na drie kwartier koers zakt de snelheid! Adem! Lucht! Het besef dat ik zojuist het vergaan van de planeet heb overleefd, vervult met grote blijdschap. Hier rijden wij, de overlevenden van de, door onszelf veroorzaakte, armageddon! 

De relatieve rust houdt precies een halve ronde aan. Dan begint ineens de finale! Rob Klinge geeft gas, ik zit in zijn wiel. Na mijn korte overname laat ik me uitzakken, maar tot mijn stomme verbazing houdt het peloton na drie renners op! Verdomme, dit is een kopgroep! Heb ik dat weer? Het zijn ook niet de minsten met wie op pad blijk te zijn. Naast Rob zijn het Frank Hutzezon en Hans van Eijk. 

Ook dat nog. Een kopgroep der terminalen. Als we wegblijven, en die kans is met deze kanonnen niet gering, sta ik alsnog naast het podium. Ik besluit te verzaken. Niet al te opzichtig, ik neem braaf maar heel kort over. Ondertussen heb ik al besloten dat ik vandaag verdienstelijk heb gereden. Zelfs als ik vierde word. 

Gelukkig haalt het peloton ons terug bij het luiden van de bel voor de Nieuwelingen. 

Vanuit mijn ooghoek denk ik drie renners te zien demarreren. Het zijn nieuwelingen, besluit ik. Alleen wel gek dat ze een groen rugnummer hebben. Pas een ronde later, na de sprint van de nieuwelingen, die gewonnen wordt door Thomas Monkelbaan, besef ik me dat het toch een vijftig plusser was die ontsnapte. In de verte zie ik Frank Hutzezon net door de bocht verdwijnen. 

Vanuit de jurywagen horen we ondertussen Wanz met een piepstemmetje hele verhalen vertellen over de smurfen, verzorgingstips geven voor je Tamagotchi en ons luidkeels waarschuwen voor een paard dat in de gang schijnt te staan. Ohja, en dat we nog één ronde moeten. Niets, maar dan ook niets over koplopers. Frank lijkt ook in te houden. En ik heb wonderbenen! Dus ik ga erheen! Hopsa, daar vlieg ik al. Winnen, dat is pas verdienstelijk! Ik krijg er helemaal zin in nu!

Binnen een paar trappen ben ik bij Frank! 

En binnen nog een paar andere trappen is de rest van het peloton over mij heen gedenderd. Geen respect voor mijn wonderbenen. Die trouwens wonderbaarlijk veel pijn beginnen te doen. Trouwens…waar is Jack van Honschoten? Waar is Ritzerd Monkelbaan?

Pas na de finish der terminalen weet ik het antwoord: Ver voor ons uit! Een seconde of twintig… Jack won! 

Bij de veertig plus wordt de sprint bijna traditioneel gewonnen door Juan Vazquez Gonzalez.

Ook bij de overigen is er één man weggeslopen tijdens de finale van de nieuwelingen. Tim Stromeier weet zijn vlucht ternauwernood tot een goed einde te brengen. Paul den Edel komt zeven seconden te laat….

Thuis maak ik, ondanks mijn onverdienstelijke zevende plek in de wedstrijd, toch maar een blikje bier open. Heb ik zin in gemaakt!

Masters 50+

1.Jack van Honschoten
2.Ritzerd Monkelbaan
3.Hans van Eijk
4.Rob Klinge
5.Frank Hutzezon
6.Henk Peters
7.Paul van Schagen
8.Rene van der Lee
9.Eric Zwart

Masters 40+

1.Juan Vazquez Gonzalez
2.Gerben Voogd
3.Martijn Suk
4.Bas Steenbrugge
5.Vincent van Olphen
6.Arjan Rebel

Elite/Beloften/Amateurs/Junioren

1.Tim Stromeier
2.Paul den Edel
3.Mehir Hailemariam
4.Elmer Lise
5.Joris Maarleveld
6.Koen Maarleveld
7.Wes Dekkers
8.Bram Maarleveld
9.Maas van Westerhoven

Nieuwelingen/Nieuweling Dames/Dames

1.Thomas Monkelbaan
2.Koen van der Meer
3.Kaj Vitalis
4.Tije Schagen
5.Hidde Schagen
6.Pien Rozenburg
7.Jayden Knip
8.Kick Frenaij
9.Sarah Smit