Ruim veertien procent van het peloton dat vandaag aan de start staat voor de Van Deventer competitie heet Paul. De kans dat er een Paul gaat winnen vandaag is echter veel meer dan veertien procent. Dat komt, één van die Paulen is Paul den Edel.
Toen God de schepper het talent voor heel hard fietsen ging uitdelen aan mannen die Paul genoemd werden heeft hij dat op alfabet gedaan. Eerst kwam Paul den Edel aan de beurt. Er stond nog een heel vat. Wielertalent is als bier: een vrolijk schuimende vloeistof waaraan het goed laven is. Dat deed de eerste Paul dan ook ruimschoots. Hij dronk het halve vat leeg. Na Paul den Edel kwamen er veel anderen tot, bij de P aangekomen, Paul ’de Adelaar’ Pruis zijn slok mocht nemen. Er was nog een glas over, het wielertalent sloeg al wat dood, maar even zo goed genoot de Adelaar van de ferme slok die hij nam. De laatste in de rij was ik. God dacht dat mijn achternaam met de letter V begon, dus er leste mij slechts nog enkele druppels doodgeslagen, pislauw talent. Met dichtgeknepen neus nam ik het tot me.
Het is vandaag dus wachten tot Paul den Edel de knoet over het peloton legt. Hij is mild, we mogen zeker een ronde of vijf genieten van zijn nabijheid. Het is zelfs niet Paul die als eerste ten aanval trekt, het is Jack van Honschoten die met, denk ik tenminste te zien, zijn zoon Max de kuierlatten neemt. Vlak daarna vertrekt ook Sep Visser en niet lang daarna gaat Paul den Edel de kopgroep versterken.
“Prima de luxe” denk ik. Kopgroep weg, wij rijden de wedstrijd uit met een snelheid die wel menselijk is. Maar daar denkt Martijn Suk anders over. Hij dirigeert de troepen naar de kop van het peloton om daar als dolle stieren de achtervolging in te zetten. Achterin vallen gaten. Ik voel me de stoplap van de Kampioen. Elke keer weer valt er een gat, evenzoveel keer weet ik het gat net aan dicht te rijden.
Ieder verstandig mens zou nu denken: “Het hoeft allemaal niet hé”. Maar in volle inspanning registreert mijn verstand niets meer. Mijn limbische brein neemt het over. Het reptielenbrein, dat alleen maar aanzet tot vechten, eten en seks. Dat laatste zou ongepast zijn, hier zo op de fiets. Eten deed ik een uur geleden al. Dus rest vechten. Vechten om niet te lossen.
Voelde ik me net nog een stoplap, in ronde acht ben ik een spons die steeds verder uitgeknepen wordt. Zo'n oude, versleten spons die na het uitknijpen in steeds meer brokken uit elkaar valt.
De tweede Paul, de Adelaar, schuift wel steeds naar voren. Terwijl hij de pedalen en het peloton geselt zoek in mijn toevlucht in het wiel van Bart Wernik. Maar Bart is ook niet meer zo fris. Bart worstelt net als ik. En net als ik begint hij langzaam maar zeker te breken. Het gat tussen zijn voorwiel en het achterwiel van zijn voorganger wordt groter…groter…te groot! Om hen heen moet ik, naar dat achterwiel!
Een halve ronde heb ik nodig om drie meter dicht te rijden. Ik ben geen stoplap, ik ben geen spons, ik ben een vaatdoekje. Met kwijl uit mijn beide mondhoeken. Doodgeslagen lauw wielertalent.
In de kopgroep heeft Paul den Edel ondertussen genoeg van zijn vluchtgenoten. Met een vriendelijk handgebaar neemt hij afscheid van ze en vertrekt voor een imposante solo van ruim drie rondes.
Bij ons is de finish bij de Nieuwelingen/dames geweest. Thomas Monkelbaan won met ruim een minuut voorsprong.
Twee groene nummers sprinten in de kopgroep om de zegen. Jack wint maar weer eens. In het peloton zitten drie andere terminalen. Ik ben één van hen. Vaatdoekje, stoplap, spons, reptielenbrein van Schagen. De laatste ronde is er bijna één te veel.
Nog een keer aanzetten na de bocht en dan hoor ik ‘krak….krak…” Het is mijn wil die breekt. In duizend stukken spat het uiteen. Reptielenbrein of niet, vechten lukt niet meer. Maar zelfs op ruime achterstand van Rene van der Lee en de Adelaar weet ik een vijfde plek te behalen.
De sprint bij 40-plus ontgaat me. Ik ben te kapot om ook maar iets te registreren. Martijn Suk wint, lees ik later in de uitslag.
En zoals voorspeld: Paul den Edel wint vernietigend bij de overigen.
drs P v Schagen
.fotos met dank aan Dirk Dijksman.
1. | Jack van Honschoten |
2. | Sep Visser |
3. | Rene van der Lee |
4. | Paul Pruis |
5. | Paul van Schagen |
6. | Ritzerd Monkelbaan |
7. | Maarten Piek |
8. | Eric Zwart |
9. | Peter Schmitt |
1. | Martijn Suk |
2. | Bram Hoffmans |
3. | Eelco Berkhout |
4. | Bas Steenbrugge |
1. | Paul den Edel |
2. | Noah Langbroek |
3. | Jos Leyten |
1. | Thomas Monkelbaan |
2. | Koen van der Meer |
3. | Kaj Vitalis |