H.S.V. De Kampioen
Uitslag

Spaarneduin makelaars competitie
Spaarneduin makelaars competitie

Gistermiddag zag ik de aankomst van de voorlaatste etappe van de Vuelta. Aan de finish stond ze: de geliefde van Sepp Kuss. Na de etappe van zaterdag stond vast dat Sepp de Vuelta zal gaan winnen en dus was ze daar om het feest met hem te vieren. Ook zijn moeder stond aan de finish. De trots spatte van beide dames af. Hoe geweldig zal dat zijn, als je man of je zoon een wielerkoers wint!

Omdat ik werkelijk al het talent ontbeer dat Sepp heeft (zal het in de naam zitten, denk ik ineens…Bij ons is er ook altijd zo’n getalenteerde Sep…) zal mijn lief nooit zo trots kunnen zijn als die van Kuss. Ik ken haar nu zes jaar. In al die jaren won ik, ondanks mijn vermetele pogingen, nooit een koers. Ooit, hoop ik, ooit zal ik haar trots bellen en zeggen: ik won hem! En dan zal ze zwelgend van trots mij roemen. 

En nu is het zondagochtend. Druilerig weer. Als Maas, de zoon van mijn lief, en ik bij Wheelerplanet arriveren, is er pas één andere renner. Jaap Kooistra rijdt zich alvast warm. Er is dus al één tegenstander waarmee ik rekening moet houden in de Terminalen-categorie. Jaap kan harder sprinten dan ik. Iederéén kan harder sprinten dan ik…

Omdat de koers pas van start zal gaan als er acht renners of meer aanwezig zijn, is het grote wachten begonnen. Op de inschrijflijst prijken 22 namen, het zou wel heel gek zijn als die allemaal niet op komen dagen. Wie niet start, heeft op voorhand al verloren. 

Maar terwijl de klok langzaam naar kwart voor tien kruipt blijft het stil in de kantine. Alleen Jaap komt even binnen om op zijn telefoon de buienradar te checken. “Er komt wel regen aan…” mompelt hij. “Fijn” zeg ik. Regen. Flandriens-weer, dat is regen, prut, modder, kou. Daarin onderscheiden zich de mannen van de jongens en de vrouwen zich van de meisjes!

Tot blijdschap van de gehele organisatie (want al die helden zijn er gewoon wel elke week, weer of Flandriens-weer), Maas en mij verschijnen er dan toch nog wat renners. Marlin Burkunk, Hugo Bakker, Loes Rozenburg, Jesper Dijksman en Gino Knies vervolmaken ons octet! Acht deelnemers! We gaan eraan beginnen!

Het regent steeds een beetje harder. Aan de start zie ik Jaap nergens. Maas ook niet, maar die reed nog een rondje warm, denk ik. Omdat het al na tienen is besluit het hoofd van de jury, Henny, dat we niet geneutraliseerd beginnen. Het zal koers zijn vanuit de start!

Op kop rijden Jesper en Gino vriendelijk babbelend de eerste ronde. Ik klets gezellig met Loes, de enige vrouw (let op he, geen meisje!) in de groep. Het mag dan officieel al koers zijn, niemand voelt de behoefte om volle bak te rijden. 

Na de eerste ronde pikken we Maas op. Met een ronde vergoeding kan hij ook gewoon meedoen in de koers. Jaap is waarschijnlijk al gedesillusioneerd naar huis gefietst. Regen, daar heeft hij het niet zo op. Jaap is geen Flandrien.

Na een paar rondes gaat het tempo toch rap omhoog. Eerst is het Jesper die wat probeert, daarna is het Maas. En daarna weer Maas. En nog eens Maas. Keer op keer is het Maas die als een dwaze koe op kop gaat rijden en dan verbaasd omkijkt waar we blijven. Eerst neemt hij Jesper mee, maar dan, bij terloopse demarrage nummer zoveel, is het Hugo die aansluit. Ze hebben al snel een flink gat.

“Draaien…” zegt Gino. “Samenwerken, dan halen we ze wel terug…” Maar van echte samenwerking is geen sprake. Loes moest helaas de groep al laten lopen, Marlin zit vanaf de start te linkeballen en ik wil niet echt hard achter Maas aanrijden. Mijn kopbeurten houd ik kort en bondig. Als mijn voorwiel nog maar net voorbij Gino of Jesper is, wapper ik alweer met mijn armen om aan te geven dat ik van kop af ga. 

Het is ook helemaal niet aan mij, denk ik stilletjes. Mijn tegenstander rijdt achter me. Marlin heeft net als ik een groen rugnummer. Als ik ook maar enigszins kans wil maken om als eerste over de Terminalen-meet te komen, moet ik mezelf net zo sparen als hij dat nu al de hele wedstrijd doet. 

Het is opgehouden met zachtjes regenen. En de jury wil compassie tonen. Want al na drie kwartier gaat de bel voor de laatste ronde. Ik vermoed dat we allemaal tegelijk gaan afsprinten, maar slapende honden dien je vooral te laten slapen. Trouwens, ik weet niets zeker. Dus als Marlin achter mij vraagt of deze bel voor ons was, antwoord ik: "Ik denk het niet…”

Vooral voor ‘je weet maar niet als’ besluit ik een ronde later toch maar te gaan sprinten. Zo hard als mijn benen draaien kunnen versnel ik vanuit de laatste bocht over langs de verbaasde Jesper en Gino. Op de streep hoor ik Henny jubelen: “Aankomst alle categorieën!!” 

Dus, even he: ik won de sprint van Gino Knies en Jesper Dijksman! Twee jonge talenten met sprintbenen! En ik won bij de Terminalen!

Maas heeft zich in de kopgroep helaas laten verschalken door Hugo, maar omdat die bij de veertig-plus rijdt heeft ook Maas de envelop met de ‘1’ en de vette premie verdiend!

Direct na de prijsuitreiking sturen we mijn lief, de moeder van Maas, een dolgelukkig berichtje. Ze is niet alleen de geliefde van een winnaar, maar ook nog de moeder van de andere! Hoe trots kunnen we haar maken! De vlag zal uithangen als we thuiskomen. De buren staan juichend op straat. En zij zal groos glimlachend ons omhelzen. Twee winnaars in haar huishouden!

Al heel snel na ons dolblije berichtje piept de telefoon van Maas. Het is een appje van zijn moeder: “Hoeveel deden er mee…?”

Masters 50+

1.Paul van Schagen
2.Marlin Burkunk

Masters 40+

1.Hugo Bakker

Elite/Beloften/Amateurs/Junioren

1.Maas van Westerhoven
2.Jesper Dijksman
3.Gino Knies

Nieuwelingen/Nieuweling Dames/Dames

1.Loes Rozenburg