H.S.V. De Kampioen
Uitslag

Spaarneduin makelaars zondag competitie
Spaarneduin makelaars zondag competitie

Het is koud voor de tijd van het jaar en de wind blaast stevig vanuit het noordwesten. Nog belangrijker: de grijze wolken boven Wheelerplanet voorspellen weer dat normale stervelingen bestempelen als ‘niet veel goeds’ maar dat mij met blijde verwachting vervult, Regen!  Natte koersen zijn prachtige koersen.

Een snelle blik op Buienradar boort al mijn hoop de grond weer in. De twee buitjes die er straks, een kwartier voor de start, zullen vallen zijn zo klein dat de druppels al verdampt zullen zijn voor ze de grond raken. Ik koester weinig hoop als ik bij Hans van de Putte mijn rugnummer af ga halen.

Nummer dertien. Ook dat nog. Volgens Hans gaat het me geluk brengen. Dat zal best, maar voor de zekerheid prik ik mijn nummer toch maar ondersteboven op mijn trui. Zoals ik hier al eerder schreef: Wielrennen is een sport die overloopt van tradities.  Benen scheren (jawel, ik zie voor de start Elmer Lise met keurig gladde benen!), beenstukken nooit over je koersbroek aantrekken en rugnummer dertien ondersteboven op de trui prikken.

In vroeger tijden waren grijze wolken en een mogelijk regenbuitje garantie voor een top tien notering, simpelweg omdat er dan minder dan tien renners aan de start verschenen. Maar blijkbaar keken er meer renners op buienradar, want het B- en Nieuwelingen-peloton is behoorlijk gevuld met tweeëndertig renners.

De neutralisatie is nog niet afgelopen als het eerste druppels beginnen te vallen. Dat is het signaal voor Walter Braak en Timon van de Kraats om zich op kop van de groep te zetten en het tempo naar grote hoogte op te trekken. Het lijkt bijna wel alsof ze denken dat we, als we maar even lekker doorrijden, nog voor de regen binnen zullen zijn. Alsof ze niet weten dat het gewoon zeventig minuten en twee rondes gaat duren, ongeacht onze snelheid.

Er zijn meer renners die heel hard willen rijden. Rob Klinge, Frank Nijssen, Jaap Kooijstra; de kleppers trekken het hele peloton op een lint. Een nat, modderig, koud, snotterig snuivend lint. Dat minimale regenbuitje is toch een stuk natter en langer dan buienradar ons voor jokte.
 
Het  is koers! Regen, modder, wind, kou. In een vorig leven was ik vast een varkentje of zoiets, want ik vind het geweldig. Hoe meer prut, hoe beter. Alleen wordt het zicht steeds minder door alle drek die zich op mijn bril verzamelt.

Ik wil hem best afzetten, maar waar laat ik dat ding? Zolang ik met mijn handen onder in de beugel al blij ben dat ik het wiel van Leendert Pot weet te houden durf ik niet mijn bril in het zakje op mijn rug te proppen.

Ja, ik weet heus wel dat echte renners die bril in hun helm duwen of hem achter in hun nek hangen, maar dat vereist een vaardigheid en coördinatie die ik bij deze snelheden ten enenmale ontbeer. Even overweeg ik hem zelfs gewoon bij de passage van de jury-wagen in de berm te gooien, maar mijn zuinige aard weerhoud me. Stel je voor dat ik hem straks niet meer terug kan vinden in het natte gras.

Gelukkig valt het na zeven rondes eindelijk even stil en weet ik de bril in mijn trui te proppen. Ineens kan ik weer zien!  Als ik mijn blik kort naar beneden laat glijden zie ik hoe mijn keurig witte sokken zwart van de drek zijn, En mijn benen ook. Modder is overal, behalve rond mijn ogen, denk ik. Daar is een heldere aftekening van mijn bril op een verder zwart gezicht.

Om me heen rijden ook allemaal modder-mannetjes en -vrouwtjes. Alsof we met zijn allen Briek Schotte zijn, maar dan zonder een tube rond de schouders. Flandriens! Slijk zijt gij en tot slijk zult gij wederkeren!

Het is Menno de Jonge die me uit mijn modderdroom wekt. “Saaie koers,” zegt hij als hij even naast me rijdt, Misschien heeft hij gelijk. Voor in de groep gebeurt er niet veel, behalve dat er de hele tijd snoeihard gereden wordt.  Vooral Walter Braak lijkt onvermoeibaar. Na de koers vertelt hij dat het door de visolie op zijn vers geschoren benen komt.

Er zijn drie nieuwelingen die het hoge tempo van ons peloton de hele koers hebben weten te volgen. Bij de eindsprint is het Rick Rozenburg die voor Thomas Monkelbaan en Bram Braak weet te winnen.

Met nog een kilometer te gaan doe ik dat wat ik traditioneel doe. Ik probeer weg te komen. Het peloton is zo vriendelijk om me zeker zevenhonderd meter in de waan te laten dat ik dit keer eindelijk dan toch echt…

…tot Hans Schelvis wint…(of eigenlijk Frank Nijssen, geloof ik. Maar dat heb ik allemaal niet meer kunnen zien door de prut in mijn ogen).

A Klasse

1.Luc Heine
2.Frank Roling
3.Yahir Quiroga
4.Sven Burger
5.Mehir Hailemariam
6.Martijn Veenhoven
7.Jos Leyten
8.Tessa Dijksman
9.Mike v.d. Meij
10.Peter Dekker

B Klasse

1.Hans Schelvis
2.Bart Wernik
3.Jaap Kooijstra
4.Leendert Pot
5.Daan Verzijlenberg
6.Rob Klinge
7.Marco Klinge
8.Jeroen Weltman
9.Eric Zwart
10.Patrick Lespinasse

Nieuwelingen/Nieuweling Dames/Dames

1.Rutger van Haastert
2.Rik Rozenburg
3.Thomas Monkelbaan
4.Bram Braak
5.Tije Schagen
6.Mick Stromeier
7.Loes Rozenburg